Massa’s gierzwaluwen kregen we de laatste twee weken binnen in het Natuurhulpcentrum. Op een gegeven moment zaten er niet minder dan 103 tegelijkertijd in de Intensive Care die elke twee uur handmatig eten moesten krijgen. De reden van deze grote aantallen was de hitte. Gierzwaluwen broeden onder dakpannen of onder uitstekende daken in nestkasten, en daar kunnen de temperaturen hoog oplopen. Zo hoog zelfs, dat er voor de jongen soms niets anders opzit dan de nestkast voortijdig te verlaten. Ze tuimelen naar beneden, worden hopelijk gevonden en dan binnengebracht in het Natuurhulpcentrum.
Het grootbrengen lukt wel, maar een jonge vogel wordt nog altijd beter opgevoed door de eigen soort, en daarom proberen we soms jonge vogels in nestkasten te plaatsen van vogels van dezelfde soort, met ongeveer dezelfde leeftijd. Met pimpel- en koolmezen, winterkoninkjes en huismussen hebben we dit al met succes toegepast. Nu was het het ideale moment om dit eens te proberen met gierzwaluwen.
In Kortessem liep enkele jaren geleden een project rond de gierzwaluw waarbij er een aantal nestkasten aan het gemeentehuis gehangen werden. Hier trok ik gisteren naartoe met Michiel, en maakte er onderstaand filmpje over: