Bruine beerRoemenië is één van mijn favoriete Europese landen. Vorige week moest ik er zijn voor een vergadering, en kon ik gelukkig ook een namiddag en avond beren zoeken!

Met het Natuurhulpcentrum zijn we lid van EARS, de “European Alliance of Rescue Centers and Sanctuaries”. Dit is een Europees samenwerkingsverband tussen enkele opvangcentra, en de jaarlijkse vergadering gaat altijd door in een ander opvangcentrum. Dit jaar was het de beurt aan het geweldige Libearty Bear Sanctuary in Zarnesti, Roemenië om gastheer te zijn. Dit is een opvangcentrum voor een 70-tal verwaarloosde circusberen, dansende beren,…
Het centrum ligt in de Roemeense Karpaten, een fantastisch bergebied waar nog wolven, lynxen en beren leven. Gelukkig had ik een namiddag en avond vrij, dus wilde ik een kans wagen om beren te spotten. Ik trok de bergen in en al snel vond ik een enorme berenafdruk in een modderplasje vol met larven van geelbuikvuurbadden. Deze soort is in België erg zeldzaam, maar komt hier in Roemenië nog redelijk veel voor. De bovenkant van deze kikkersoort (ook al noemen ze padden…) is heel onopvallend van kleur, maar de onderkant is geelzwart gevlekt.



Geel en zwart zijn waarschuwingskleuren in de natuur, en net zoals zoveel andere dieren met deze kleuren zijn ze giftig. Worden ze toch bedreigd, dan vertonen ze de “Unken-reflex” waarbij ze hun voor- en achterpoten omhoog plooien, zodat de waarschuwingskleuren zichtbaar worden en de predator weet dat hij moet oppassen…
Geelbuikvuurpadden zijn typisch voor tijdelijke plasjes, zoals bandensporen en heel kleine poelen. Voordeel is dat hier weinig roofdieren, zoals andere salamanders of roofvissen voorkomen. Nadeel is dat tijdelijke poelen snel opdrogen. Daarom kunnen de vrouwtjes meerdere keren in een seizoen eieren afleggen.
De Karpaten heeft ook heel wat indrukwekkende kloven. Wat mij de vorige keer wél was gelukt, maar nu helaas niet, is het zien van een rotskruiper, een klein vogeltje dat een vlinderachtige indruk geeft als hij langs de kliffen heen en weer vliegt tijdens zijn zoektocht naar insecten. Een gems kon ik wel even filmen.


Een ander teken van de aanwezigheid van beren waren de uitwerpselen. Ik vond er verschillende, en meestal werden de mesthopen vakkundig uit elkaar getrokken door mestkevers, die zich niet alleen zelf voeden met de uitwerpselen, maar ze slepen beetjes mest naar de nestkamers onder de grond, zodat de uitkomende larven direct kunnen beginnen met eten…
Omdat ik maar één avond had, besloot ik een avondje door te brengen in een berenkijkhut. Ik weet het, het is véél minder spannend dan echt actief op zoek te gaan naar beren, maar het zijn en blijven echte wilde beren, en als je weinig tijd hebt vormt dit een goed alternatief. Voor de hut staan tonnen waarin er wat maïs gegooid wordt, zodat de beren wat langer voor de hut blijven hangen. Ik vermoed dat de beren, als ze tegen de avond wakker worden, hun vast toer maken langs de kijkhutten in de hoop een gratis hapje te vinden. Belangrijk is wel dat de dieren hier niet afhankelijk van worden!


Kijkhut of niet, het was wel de moeite. Een groep everzwijnen leek even verschrikt weg te lopen van een naderende beer, maar het grootste zwijn kwam via het dichte struikgewas terug, en joeg zonder problemen de beer weg! Toen de zwijnen weg waren, kwam de beer terug, en iets later kwam ook een tweede beer tevoorschijn die het soms aan de stok kreeg met de eerste. In totaal kon ik zes beren zien die langs de hut kwamen! Beelden zijn te zien in het filmpje!